Het zesenvijftigste verhaal

…”Heerlijke recepten”, zegt Maria wanneer ze als allerlaatste online komt. Theo beaamt het. Ook hij heeft de recepten uit het verhaal van Willem in de afgelopen twee dagen gemaakt. Dan neemt Erik, de voortrekker van dit moment, het woord. “Vandaag gaat Kai ons bezighouden met een verhaal. Hij liet zich inspireren door het thema herinneringen heeft hij mij toevertrouw.” Kai knikt. En wanneer hij gaat praten wordt zijn kader op het scherm groter, een nieuwe gadget van de app. ”Pas op dat je herinneringen met je aan de haal gaan. Vervelende herinneringen moet blijven waar ze zijn en behoren geen nare gevolgen te hebben in het nu”, zegt Kai voordat hij van wal steekt.

“Kilometer na kilometer rende ze over de band terwijl het zweet over haar voorhoofd gutste. Met de handdoek die in haar nek hing, depte ze de ergste nattigheid weg terwijl ze ondertussen een slok mineraalwater nam uit een plastic herbruikbaar flesje. Een oorverdovende pieptoon gaf aan dat de plicht er bijna opzat. De weg onder haar begon langzamer te bewegen en de steile berghelling zakte langzaam naar polderniveau. ‘Cooling down’ stond in rode digitale koeienletters op het display dat haar baken vormde in de strijd tegen de aftakeling. Alles wist dat stuk elektronica over haar lichaam: haar hartslagfrequentie, haar bloeddruk, hoeveel kilometer ze had afgelegd, hoe hard ze gemiddeld had gelopen en tot slot ook nog hoeveel verbrande calorieën het tochtje had opgeleverd. Het resultaat was meestal teleurstellend. Een patatje mét had ze nog nooit verbrand. Een gevulde koek scheen het hoogst haalbare te zijn. Wel leuk van dat moderne martelwerktuig was dat naast alle essentiële cijfertjes ook rennende figuurtjes te zien waren op de display. Samen met haar headphones en Spotify had ze de broodnodige afleiding. Zachtjes neuriede ze mee met hits die ze amper kende.

‘Why does it always rain on me?

Is it because I lied when I was seventeen?

Why does it always rain on me?

Even when the sun is shining,

 I can't avoid the lightning.

Oh, where did the blue skies go?

And why is it raining so?

It's so cold.

So cold.’

Haar adem stokte in haar keel. Die tekst sloeg wel heel erg op haar. Ze voelde haar hart sneller kloppen. Inderdaad regende het ook altijd boven haar hoofd. Altijd was er dat nare onbestemde gevoel. Ook als er iets prettigs gaande was. Nooit kon ze er helemaal van genieten. Het was koud. Plotseling voelde ze een hand op haar schouder. Het was de gespierde arm van arm van Patrick haar fitnessinstructeur. ‘Kun je niet meer? Je moet nog maar een klein stukje. Een goede cooling down is wel belangrijk hoor, anders krijg je spierkramp.’

‘Nee, dat is het niet. Ik hoorde muziek die me nogal aansprak. Een erg goed nummer.’

‘Oh, wat dan?’, Patrick pakte een dopje van haar koptelefoon en stak het in zijn oor. Zachtjes neuriede hij mee. ‘Ja, leuk hè. Dat is Travis, een Schotse band.

Ze spelen zondag in Paradiso. Kom zo maar even naar de bar, dan krijg je twee kaartjes van mij.’

Die Patrick was wel een goede jongen. Veel beter dan de rest van het fitnessende gespuis om haar heen. De veel te breedgeschouderde gorilla’s die haar schalks knipoogjes toewierpen terwijl ze zich in het zweet rende, negeerde ze altijd volkomen. Hoe die gasten het lidmaatschap van een dergelijke club konden betalen was haar een raadsel. Zelf vond ze het toch iedere keer weer een rib uit haar lijf. Maar investeringen moesten wel wat kosten anders hadden ze geen nut. Bovendien wist ze zeker dat ze dan de moeite zou nemen om te gaan. En ach, die patsers waren bij lange na niet het ergste. De fitnessdames waren vele malen erger. Ze voelde de blikken van haat in haar rug prikken terwijl ze een groepje in strakke leggings gehulde blondines die op een blauw matje buikspieroefeningen aan het doen waren passeerde.

De kleedkamer probeerde ze zoveel mogelijk te mijden. Ze vonden haar ongetwijfeld vies. Ze was de enige die zonder te douchen in haar kleren schoot en zo snel mogelijk de broeierige ruimte verliet. Douchen kon ook thuis, zonder het risico om een of andere voetschimmel op te lopen. Bovendien kwamen in de zweterige kleedkamer ook herinneringen omhoog borrelen aan de gymlessen op de middelbare school en dat waren niet bepaald prettige herinneringen.

...de blikken prikten in haar rug...

Hijgend stapte ze van de Powerwalker af en zo nonchalant mogelijk stapte ze richting kleedkamer, de hatelijke blikken van de dames en de hitsige blikken van de heren ontwijkend.

Helga stak haar pasje in de locker waar haar kleren in opgeborgen waren maar hoe ze het plastic kaartje ook door de lezer haalde, het ding reageerde nergens op. Ze voelde de zenuwen door haar lichaam gieren. Dit waren bij uitstek de situaties die ze haatte. De blikken van de fitnesssmeiden prikten in haar rug.

‘Zoek je iets? Een handdoek heb jij toch helemaal niet nodig? Je doucht toch nooit? Misschien moet je wat beter zoeken. In de jongenskleedkamer? Maar zo'n handdoek die weg is, is toch niet zo erg? Het is vervelender als je slip weg is. Heb je daar al naar gekeken? Volgens mij is dat namelijk ook weg. En je beha, ook foetsie? Waarom heb je eigenlijk zo'n ding, ik heb nog nooit een strijkplank met een beha gezien.’

Het zweet gutste nu in straaltjes over haar rug. Langzaam keerde de realiteit terug. Ze was helemaal niet het pubermeisje dat wanhopig haar gymtas doorzocht naar haar handdoek, in de wetenschap dat ze die er 's morgens toch echt ingedaan had.

‘Probeert u die kaart eens tegen langs uw shirt te wrijven. Dat wil nog wel eens helpen. Vorige week werd mijn pasje ook niet gepakt. Dan zijn ze statisch ofzo.’

Ze was een volwassen vrouw die probeerde de locker open te krijgen die gestationeerd was in een veel te duur fitnesscentrum aan een Amsterdamse gracht. En het meisje dat tegen haar praatte, was helemaal geen klasgenoot maar een medefitnisser die haar probeerde te helpen.”

 

Dit verhaal is geschreven door Menno Goosen

foto: Chuttersnap/unsplash.com


Reacties

Populaire posts van deze blog

Het zevenentwintigste verhaal

Het vierenzestigste verhaal

Het zevende verhaal