Het dertiende verhaal
…Monique is aan de
beurt om een verhaal te vertellen. Ze begint op verzoek van Cath, die nog altijd de
voortrekker van deze week is, aan haar verhaal:
“Mark kwam altijd
graag bij mevrouw Schmitz, als een van de weinige bewoners stond haar kamer
propvol met dingen uit een ver vervlogen tijd. De meeste mensen hadden in hun
kamertje alleen het strikt noodzakelijke staan, een tafel, een bed en een paar
stoelen. Boven de bedden hingen altijd foto’s van overleden echtgenoten en
foto’s van de kleinkinderen.
De kamer van
mevrouw Schmitz had wel iets weg van een uitdragerij, her en der lagen stapels
met boeken op de grond, de kasten puilden uit met ordners boordevol paperassen.
Op de tafel stond een oude Triumph schrijfmachine. Aan de muren hingen
vergeelde foto’s van een mooie jonge vrouw, in niets leek de foto op de vrouw
die ze zeventig jaar later zou worden. Op de andere muur hing een foto van een
knappe atletische jongen met gitzwarte haren, verlegen lachend keek hij in de
camera. Mark keek altijd vol interesse naar de foto’s, hij vroeg zich dan af
hoe hij er over zeventig jaar zou uit zien.
“Jongen, hou toch
even op met werken, het is vandaag veel te warm om je zo uit te sloven!”, met
een ferme beweging trok mevrouw Schmitz de stekker van de stofzuiger uit het
stopcontact, “ik zal een lekker kopje thee voor ons zetten!” Haar Duitse
accent was ze nooit kwijtgeraakt, ondanks dat ze ruim 60 jaar in Nederland
woonde. Mark was bekend met het ritueel, mevrouw Schmitz genoot van zijn
aanwezigheid, haar man was al jaren dood en kinderen had ze nooit gehad. Ze had
nog een achterneef die in een klein dorpje in de buurt van Aken woonde maar
die ze nooit meer zag. Ze had Mark haar hele geschiedenis vaak verteld,
geïllustreerd met talloze foto’s uit een grijs verleden maar toch vond Mark het
keer op keer leuk om bij haar te zijn.
Mark plofte neer in
de stoffige fauteuil, mevrouw Schmitz pakte een oud blikken trommeltje waar
koekjes inzaten. “Waarom werkt zo een leuke jongen van 21 toch tussen die oude
mensen?” Keer op keer stelde ze die vraag weer, Mark antwoordde altijd
geduldig dat hij het geld goed kon gebruiken om zijn studie te betalen. Het was
eigenlijk geen vraag, mevrouw Schmitz gebruikte het altijd als middel om over
haar jeugd te beginnen. Mark genoot van de verhalen, in zijn fantasie wandelde
hij samen met mevrouw Schmitz door haar geboortedorp in de Schwarzwald.
...'Ik werd voor duivel uitgemaakt'...
“Op een dag, ik
denk dat ik 16 jaar oud was, bracht mijn vader een fiets mee, we hadden nog
nooit zo iets gezien, mijn broertjes en zusjes keken raar naar dat vreemde
ding, maar ik was altijd Haantje de voorste als er iets nieuws was. We
probeerden er mee te rijden maar keer op keer raakte de fiets uit evenwicht en
vielen we op de grond. Mijn andere zusjes hadden er al snel genoeg van maar ik
was gefascineerd door de fiets. Ik had het fietsen al snel onder de knie en ik
reed hard door onze Dorpsstraat heen. De mensen spraken er schande van, ik werd
voor duivel uitgemaakt maar dat kon me niets schelen. Samen met mijn
lievelingsbroertje had ik de grootste lol. We fietsten door het woud tot we bij
een klein vennetje kwamen. Het was een warme dag en we hadden wel zin om te
zwemmen. Natuurlijk waren we vergeten om zwemkleding mee te nemen, daarom
besloten we in onze onderbroek te gaan zwemmen.
We hadden veel
plezier met zijn tweeën tot plotseling de dorpsagent ons toeschreeuwde dat we
uit het water moesten komen. We schrokken heel erg want we hadden niemand horen
aankomen. We werden allebei gearresteerd voor onzedelijk gedrag en mijn
broertje moest twee dagen zitten in een cel op het politiebureau, stel je voor,
een jongetje van veertien in de gevangenis gooien omdat hij in zijn onderbroek
zwemt. Ik kreeg van mijn vader een behoorlijke straf, ik moest een week zonder
eten naar bed en ik moest een paar psalmen honderd keer overschrijven. Ja
jongen, de tijden zijn veranderd!”
Mark keek mevrouw
Schmitz bedrukt aan, hij wist nooit zo goed hoe hij moest reageren op de
verhalen over vroeger, hij wist een ding zeker, hij zou nooit in het verleden
willen wonen, hij wandelde er graag in rond en genoot ervan om te kunnen kijken
in een tijd die hij nooit had meegemaakt, maar hij was toch blij dat hij in
1996 leefde.
De foto van de
jongen aan de muur bleef Mark boeien, Mevrouw Schmitz had het in de gaten. “Die
jongen die je daar ziet, is een klasgenoot van me, hij was mijn eerste grote
liefde! We zaten bij elkaar in de klas op het Wilhelm Gymnasium. David was
zonder twijfel de knapste jongen van de hele klas, en eigenlijk ook wel van de
hele school. Alle meisjes bij ons uit de klas waren verliefd op hem, hij had
een prachtig atletisch lichaam en mooie bruine ogen. Je begrijpt dat de jongens
hem als een concurrent zagen die ze liever kwijt dan rijk waren.
De tijd speelde
daarbij een zeer gunstige rol voor mijn jaloerse klasgenoten, het zal begin
1933 zijn geweest. Er was juist een nieuw kabinet aangetreden, het kabinet
Hitler. Deze man zat in de regering met enkele conservatieve ministers. We
dachten allemaal dat hij weinig macht had maar door enkele slimme zetten, onder
andere door gebruik te maken van de noodwetten die we in de Weimar tijd hadden,
wist hij van de parlementaire democratie een dictatuur te maken. De mensen
werden ook steeds anti-semitischer…”
…”Hé, waarom stop
je nu?”, vraagt Eelco aan Monique. Ze kijkt op haar horloge. “Ik ben nog niet
klaar met werken”, zegt ze. “Zo direct heb ik een video conference call van
mijn werk. Er zitten Amerikanen bij en die willen altijd op onzalige momenten
vergaderen. Morgen horen jullie de rest van het verhaal!” En met dat Monique de
groep verlaat, verdwijnt haar vierkantje van het scherm…
Reacties
Een reactie posten